Rik Hoogveld Relatiebeheerder

“Ondernemen is ook: risico’s durven nemen”

Rik Hoogveld is sinds 2018 werkzaam bij Hartog Hoogveld als relatiebeheerder. Na zijn studie marketing & communicatie werkte hij 2,5 jaar op een crediteurenadministratie. Rik: “Ik kwam erachter dat ik graag een financiële kant op wil. Nu werk ik bij Hartog Hoogveld én studeer ik Finance & Control.”

Riks specialisme in zijn werk ligt vooral bij het voeren van de administratie. “Ik ben verantwoordelijk voor de administratie van onze klanten en het hele proces eromheen. Daarnaast stel ik jaarrekeningen op en ga hierover in gesprek met onze klanten. Dit werk bevalt me: ik heb plezier in klantcontact en heb veel verantwoordelijkheidsgevoel.”

Voor ontwikkeling

Rik staat diverse ondernemers bij met (financieel) advies. Van vragen over de jaarrekening en administratie tot meer persoonlijke ondernemersvragen en de lichtere fiscale vragen. “Het mooiste onderdeel van mijn vak vind ik dat ik de kans krijg om ondernemers te helpen om zich te ontwikkelen, te blijven groeien.”

Regelmatig contact

Het werken met klanten is uitdagend en afwisselend. “Sommige klanten zijn heel proactief, zitten bovenop hun financiën. Anderen ondernemen pas actie als ik ze erop wijs dat dit nodig is. Hoe dan ook, ik help hen om het overzicht te krijgen en te behouden. Hiervoor is het belangrijk dat we regelmatig contact hebben.”

Intrinsieke motivatie

“Ik help onze klanten écht verder door goed te luisteren en hun wensen en behoeften te signaleren. De intrinsieke motivatie van de ondernemer is wat mij betreft het belangrijkste. Veel ondernemers weten namelijk wel wát ze willen maar niet welke concrete stappen ze moeten zetten om die doelen te bereiken.”

Durf risico’s te nemen

Veel ondernemers willen succesvol zijn, mooie resultaten behalen met hun onderneming. Maar een te sterke focus hierop, kan volgens Rik ook verlammend werken. “Falen vermijden, is het tegenhouden van vooruitgang. Ondernemen is soms ook risico’s nemen. Fouten maken hoort erbij, daar leer je het meest van.”